NLO Fortify nr. 7 2017/2018
Deel deze editie
Home
Top
nr. 7 | jaargang 5 | herfst/winter 2018
Nederlands

De mensen van NLO

NLO viert dit jaar haar 130e verjaardag, wat 2018 een speciaal jaar maakt. Na al deze jaren is er nog altijd een verbindende factor die de kern vormt van onze organisatie; onze mensen. Professionals die hun uiterste best doen om klanten te helpen op elke manier mogelijk. Maar, ze zijn veel meer dan alleen EI professionals. We willen graag wat inzicht geven in de echte mensen achter NLO. Met trots stellen we u voor aan een aantal van onze collega’s.

Barend Bouma

‘Als ik iets interessant vind, wil ik er alles over weten’

Barend Bouma is Nederlands en Europees octrooigemachtigde bij NLO in Ede.

Barend Bouma

“Ik ben al op jonge leeftijd politiek bewust geraakt. Daarbij heb ik immer slecht tegen onrecht gekund. Bijvoorbeeld dat mensen in bepaalde landen onderdrukt worden, zoals vroeger de ‘andersdenkenden’ in de DDR en tegenwoordig inwoners van Noord-Korea. Toen de Berlijnse Muur net gevallen was, ging ik op studieweek naar de toenmalige DDR. Als zeventienjarige op die Muur staan: dat maakte grote indruk op me. Dit vergrootte mijn reeds sterke interesse in de positie van de burger tijdens de Koude Oorlog. De grote clash tussen het kapitalisme en het communisme en de impact op mensen aan beide zijden boeit mij ook aan Noord- en Zuid-Korea. De situatie daar is nog steeds een voortvloeisel van die Koude Oorlog, nu met belangrijke rollen voor China, Japan en de Verenigde Staten.”

Als ik iets interessant vind, wil er alles van weten. Dat geldt zeker ook voor mijn werk. Na mijn opleiding ben ik gepromoveerd en heb ik jarenlang als onderzoeker gewerkt. Omdat ik vooral interesse had in praktische toepasbaarheid van onderzoek, ben ik uiteindelijk samen met ervaren zakenlui een eigen bedrijf begonnen, onder meer in de rol van uitvinder. Zo kwam ik ook in aanraking met octrooien, een vakgebied dat me erg bleek te liggen. In 2013 ging ik in opleiding bij NLO.

Er bestaan boeken die zijn gewijd aan uitvindingen en octrooien in de DDR en Noord-Korea, in een politieke situatie waar eigen bezit van intellectuele eigendommen niet voor de hand ligt; die boeken zijn voor mij natuurlijk heel interessant. Het gaat me niet om het verzamelen, maar heb inmiddels een aardige collectie opgebouwd. Vooral documenten en voorwerpen met historische waarde. Een stukje prikkeldraad van de Koreaanse grens bijvoorbeeld, delen van het IJzeren Gordijn, een concept van een overeenkomst tussen de voormalige GDR en Noord-Korea of een serie vazen uit Noord-Korea - via de DDR Europa binnengekomen - die laat zien wat mensen in die cultuur mooi vinden. Als ik op vakantie ben in Duitsland, kijk ik altijd even of er nog ergens een tweedehands boekenmarkt is…


Voor NLO reis ik regelmatig, maar dat hoort gewoon bij het werk. Belangrijker dan verre reizen vind ik het voeren van gesprekken, zowel beroepsmatig als privé. Gesprekken over strategie, met uitvinders en ondernemers, maar bijvoorbeeld ook met vertegenwoordigers van overheden en Ngo’s. Via het internet, maar ook tijdens netwerkbijeenkomsten of congressen. Zo heb ik eens mogen spreken met de laatste ambassadeur van Nederland in Oost-Berlijn. Héél interessant!

Die interessante gesprekken zijn ook wat ik nog steeds erg boeiend vind aan het werken als octrooigemachtigde. Zeker omdat je er bedrijven ook echt verder mee kunt helpen: ondernemers op ideeën brengen of met de juiste personen in mijn netwerk in contact brengen. Daarmee hoop ik als octrooigemachtigde van meerwaarde te kunnen zijn.”

Dyana Akker

‘Het geheel overzien en goed kijken of alles past geeft voldoening’

Dyana Akker is recordals officer bij NLO in Den Haag

Dyana Akker

“Ik had vroeger nooit gedacht in een kantoorbaan terecht te komen; heel de dag achter een bureau, dat is eigenlijk niets voor mij. Maar toen ik moeilijk werk kon vinden in het toerisme, waar ik voor geleerd had, ging ik aan de slag als secretaresse bij een bank. Dat werk beviel verrassend goed, toch besloot ik na acht jaar ermee te stoppen. Een reorganisatie daar was een mooie aanleiding om te bedenken wat ik verder wilde.

Twee vriendinnen hielden zich al langer bezig met het maken van miniatuurtafereeltjes. Na mijn ontslag had ik eindelijk tijd dat zelf ook te gaan proberen. Je eigen wereld creëren, waarin alles goed op elkaar is afgestemd, dat bleek al snel het leuke eraan. Thuis en in mijn tuin heb ik dat ook: als daar rode planten zijn, wil ik er rode kussentjes bij en het liefst ook een passende kleur beits. Met miniaturen maken heb je eigenlijk geen grenzen, je moet er alleen een beetje creatief voor zijn. Zo maakte ik onlangs nog een boodschappenmandje van een Nespresso cupje. En het pipetje van een flesje oogdruppels werd een shampooflesje voor in een badkamertje.

Toen ik eenmaal een jaar thuiszat, ging ik weer op zoek naar werk. Ik wist inmiddels dat ik meer de administratieve kant op wilde en startte in 2010 op de juridische administratie van NLO. Vorig jaar werd de afdeling ‘recordals’ in het leven geroepen; een mooie nieuwe stap. Waar ik eerst alleen het laatste stukje van een proces zag, houd ik me nu bezig met het hele traject van de registratie van een octrooiwijziging. Ook dat is precies werken: het geheel overzien en goed kijken of alles past en voldoet.


Ik werk nu vier dagen in de week en heb elke dinsdag en donderdag knutselmiddag met mijn vriendinnen. Ieder heeft haar specialiteit; zelf ben ik vooral van het gepriegel. Een geraniumpje maken van heel kleine stukjes zijde: dat is voor mij echt ontspanning. Al wil ik het hele tafereel ook wel eens het raam uitgooien. Soms loopt het even niet, dat is met werk net zo goed. Dan leg je die taak even opzij en pak je hem later weer op.

Twee jaar geleden had ik een kersttafereeltje meegenomen naar werk, als versiering voor tijdens de feestdagen. Of daar geen NLO-laptopje in kon, vroeg een collega. Dan ga je nadenken en kom je op het idee het materiaal van een bureaukalender te gebruiken, met een minuscuul toetsenbordje en NLO-logootje. Het duurde even voor andere collega’s het ook zagen, maar uiteindelijk viel het ze op.”

Satoru Sakai

‘Hoe draag je kennis over: dat blijft een interessante vraag’

Satoru Sakai is octrooigemachtigde in opleiding bij NLO in Eindhoven.

Satoru Sakai

“Ik groeide op in Eindhoven en lag iedere week in het zwembad. Het onder water zijn vond ik toen al heerlijk: de rust die dat geeft en de stilte die er heerst. Als onze les erop zat, kwamen de duikers het bad in. Dat leek me ook wel wat, maar ik hield het toen nog bij wedstrijdzwemmen.

Na de middelbare school ben ik naar Schotland verhuisd; daar heb ik natuurkunde gestudeerd en ben ik gepromoveerd. In 2013 kwam ik terug naar Nederland en ging ik werken bij de TU Eindhoven. Daar ben ik alsnog een duikcursus gaan doen; ik was meteen verslaafd. Nog meer dan met gewoon zwemmen ervaar je met duiken de stilte en ben je helemaal op jezelf aangewezen. Zeker met de eerste keer in buitenwater, als je nauwelijks iets ziet en volledig op je diepte- en drukmeters moet vertrouwen. Inmiddels heb ik het niveau van ‘dive master in opleiding’ bereikt en begeleid ik regelmatig lessen. Via de cursisten kan ik nog regelmatig de spanning van de eerste duik ervaren.

Ik denk dat het lesgeven in mijn genen zit. Mijn moeder was lerares en tijdens mijn promotie in Schotland gaf ik regelmatig les aan studenten. Het overdragen van kennis is ook wat me boeit bij NLO. Je hebt bepaalde kennis en moet die voor het doel zo goed mogelijk proberen over te brengen.


Tegelijkertijd vind ik het belangrijk ook zelf nieuwe kennis te blijven opdoen. Tijdens mijn opleiding leer ik nu bijvoorbeeld over het Nederlands en Europees octrooirecht. Waar je als onderzoeker vooral op zoek gaat naar de antwoorden zelf, moet je in het octrooivak vooral kunnen uitleggen waarom bepaalde antwoorden goed zijn. Het is minder zwart-wit. Verder mag ik me telkens weer in nieuwe onderwerpen verdiepen en is ook het werken in een commerciële omgeving een nieuwe ervaring.

Een nieuwe baan en opleiding kosten best veel tijd, maar voor het duiken blijf ik tijd maken. Ik doet het bijna ieder weekend en liefst elk jaar een week in het buitenland. Daar vind je nog onbekende onderwaterwerelden. Liefst heb ik dan een doel, en dat hoeft niet per se een mooi koraal of bijzondere vissoort te zijn. Ik wil bijvoorbeeld graag nog eens duiken in Scapa Flow, een baai in Schotland; daar schijnen bijzondere scheepswrakken op de bodem te liggen. Authentieke plekken met een verhaal, die vind ik het mooist. Het Great Barrier Reef in Australië was prachtig, maar in de troebele Zeeuwse wateren door jouw kennis en ervaring een leerling uit de problemen helpen: dat is óók een bijzondere ervaring.”

Andrea Strijbos

‘Twee totaal verschillende werelden; dat vult elkaar aan’

Andrea Strijbos is formalities officer bij NLO in Den Haag.

Andrea Strijbos

“Cultuurverschillen en hoe mensen samenwerken: dat vind ik interessant. Mijn werk bij NLO sluit daar goed op aan. Ik ondersteun de octrooigemachtigden en heb daarbij contact met agenten en klanten over de hele wereld. Verantwoordelijk en precies werk, want we hebben te maken met strikte termijnen en grote belangen. Zeker in een land als Japan moet alles perfect, en sowieso worden klanten steeds veeleisender. Ik houd wel van die druk. Maar als ik de deur uitloop, dan kan ik alles achter me laten. Zeker nu ik sinds kort een kleintje heb thuis: hij is mijn grootste prioriteit.

Een paar jaar geleden zocht ik naar een nieuwe uitdaging. Alles is mijn leven was geregeld en ik kon wel een nieuwe uitlaatklep gebruiken. Ik besefte heel goed dat in zo’n positie zijn een luxeprobleem was, daarom ging ik op zoek naar vrijwilligerswerk. Iets voor een ander doen, voor wie maakte eigenlijk niet zoveel uit. Zo belandde ik bij de dierenopvang in Vlaardingen, daar werk ik nu elke zaterdagochtend. Hokken schoonmaken, medicijnen geven en vooral veel spelen en knuffelen. Gewoon een beetje liefde geven eigenlijk.

Om eerlijk te zijn had ik best wat vooroordelen over mensen die in een dierenasiel werken. Oudere mensen die te veel tijd over hebben: dat dacht ik. In de praktijk zijn het vaak jonge, sociale mensen. Heel verschillend, maar wel met dezelfde soort drijfveren. Met een bepaalde kijk op het leven ook. Dieren veroordelen niet, maar accepteren jou zoals je bent, ik denk dat we dat allemaal waarderen. En verder hebben we ook gewoon heel veel lol met elkaar.


Juist omdat het zo’n andere wereld is, is het asiel voor mij een goede aanvulling op mijn baan. Op je werk heb je toch te maken met ego’s en heeft iedereen een eigen agenda. In het asiel denk je juist níet aan jezelf. Wat me altijd opvalt: mensen die het minst te besteden hebben, doen vaak het meest voor een ander. Die moeten bijvoorbeeld van een minimuminkomen rondkomen, maar besteden wel relatief veel geld aan de operatie van hun kat.

Door dit soort ervaringen kan ik bepaalde werksituaties makkelijk relativeren. We mogen ons gelukkig prijzen. Ik ben erg blij met mijn fijne collega’s. Dat gecombineerd met de dynamische werksfeer vind ik het werk bij NLO nog steeds erg interessant. Werk en hobby mogen dan heel verschillende werelden zijn, de overeenkomst is: ik ga altijd met plezier van huis.”

Fred van Veen

‘Ik heb van huis uit meegekregen om altijd mijn best te doen’

Fred van Veen is coördinator taksen bij NLO in Den Haag

Fred van Veen

“Ik kom uit een echt arbeidersmilieu; toen ik na de mavo niet verder wilde leren, vonden mijn ouders dat goed, maar ik moest wel meteen naar het arbeidsbureau. Op maandag schreef ik me in, woensdag mocht ik op gesprek, donderdag was mijn eerste werkdag bij NLO. Maar ik maakte die maand nog wel mijn krantenwijk af. Dat moest van mijn moeder; je best doen en dingen afmaken, zo ben ik opgevoed.

Als jongste bediende bij NLO bracht ik de post rond en zocht ik dossiers op. Een paar jaar later kwam er een plekje vrij op de afdeling taksen. Daar ben ik gaan werken en nooit meer weggegaan. Hoewel steeds meer taken geautomatiseerd worden, moet je met dit werk continu scherp zijn. Verkeerde aannames eruit pikken en proactief meedenken met de klant, zodat die geen kansen laat liggen. Dat levert waardering op, maar soms ook best stressvolle situaties.

Mijn ontspanning haal ik vooral uit softbal. Het mentale aspect van ‘1 tegen 9’ en de techniek en snelheid van het pitchen: ik kan daar na 30 jaar spelen en coachen nog steeds zó van genieten. Ik begeleid nu een pitcher met een fantastische techniek. Wat als hij dezelfde drive had gehad als ik, vraag ik me wel eens af, want hij gaat zo gemakzuchtig met zijn talent om... Toch zou ik mezelf niet fanatiek noemen. Ik stel wel hoge eisen, maar alleen aan mezelf. Ik ben een keer een jaar lang coach geweest van een weinig belovend meidenteam. We verloren alles, maar hadden de grootste lol. Zowel die meiden als ikzelf hebben een fantastisch seizoen gehad.


Ik ben een groot voorstander van het beoefenen van een teamsport: in een team leer je elkaar oppeppen en aanvullen. Bij NLO ben ik eind jaren ‘90 teamcoördinator geworden en daarmee ook een soort coach. Door de jaren heen heb ik geleerd dat je iedereen naar zijn of haar karakter moet behandelen. En dat je voor een goede sfeer moet zorgen. Hoewel ik in mijn werk heel serieus ben, vind ik het belangrijk om af en toe een lolletje te kunnen maken. Of om iets extra’s te organiseren, zoals een pooltje met een WK voetbal. Een paar toernooien geleden kwam een manager met het idee om elke afdeling te koppelen aan een land. Wij steunden met bolhoedjes op de Engelsen en de boekhouding was gekoppeld aan Frankrijk: die speelden buiten jeu de boules. Dat vind ik nou leuke dingen. Het is niet voor niets dat ik het hier al zo lang naar mijn zin heb.”

Erika Ermens

‘Werksituaties kunnen mooi materiaal opleveren voor een voorstelling’

Erika Ermens is formalities officer bij NLO in Eindhoven.

Erika Ermens

“Ik groeide op in een Brabants dorpje en deed daar van alles om mezelf te vermaken: van kerkkoor tot jazzballet. Ik herinner me nog goed dat ik acht jaar oud was en voor de eerste keer in de coulissen stond te wachten voor een heus optreden; een dansuitvoering in het plaatselijke gemeenschapshuis. Dat gevoel van op moeten, een mengeling van spanning en prettige focus. Geweldig vond ik dat. Toch stond ik lang bekend als een rustig en verlegen meisje. Dat ze me vroegen voor het eindejaarscabaret op de middelbare school zag ik dan ook echt niet aankomen.

Na mijn studietijd ging ik werken als beleidsonderzoeker in Leiden. Het werk was best leuk, maar ik voelde me totaal niet op mijn plek. Mijn collega’s waren wel erg serieus en ik miste de ambitie die ik bij hen wel zag. Inmiddels was ik lid geworden van een operettevereniging, waar ik voor het eerst meewerkte aan een serieuze productie. Samen werkten we toe naar een uitvoering in een volle Rijswijkse schouwburg. Dat was waarschijnlijk het zetje dat ik nodig had: ik nam ontslag, schreef me in voor een kleinkunstopleiding en ging daarnaast part time werken bij NLO.

Theater en octrooien: dat lijken gespleten werelden, maar in de praktijk valt dat best mee. De sfeer op kantoor is heel informeel en er lopen veel interessante persoonlijkheden rond, vaak ook uit verschillende culturen. Dat vind ik mooi, want ik mag graag observeren. Ik vind het leuk om te merken waar mensen enthousiast van worden en waar ze in verschillen. Soms levert dat interessant materiaal op voor mijn voorstellingen. Je kunt de eigenschappen van mensen waar je intensief mee samenwerkt uitvergroten: dat leidde eens tot een licht absurdistisch stuk over iemand die zijn frustratie botviert op een nietmachine.


Er zijn best momenten geweest dat ik overwoog om full time het theater in te gaan. Maar om rond te komen ben je dan snel aangewezen op commerciële entertainmentklussen. Dan liever een goed amateurtoneelstuk. Ik vind het vooral belangrijk dat ik mezelf blijf ontwikkelen. Hoewel ik het octrooivak zelf vrij droog vind, is dat ook bij NLO altijd goed gelukt. Ik krijg het vertrouwen om dingen op mijn eigen manier te doen en heb er door de jaren heen nieuwe taken bij gekregen. Daardoor kom ik ook telkens in aanraking met nieuwe mensen en karakters.

Op mensen die me net leren kennen kom ik nog altijd vrij bedeesd over; tijdens mijn opleiding heb ik geleerd van zo’n contrast gebruik te maken. Bij heel serieuze of overdreven correcte mensen denk ik bijvoorbeeld al snel: daar moet iets achter zitten. Een beetje spelen met verwachtingen, daar houd ik wel van.”

Marc Krisman

‘Ik verbaas me weleens over het gebrek aan historisch besef’

Marc Krisman is manager business development bij NLO in Den Haag.

Marc Krisman

“Met mijn propedeuse Frans startte ik in 1981 op de administratie van NLO. Het Europees Octrooibureau was net opgericht: dat bracht veel internationale correspondentie met zich mee. Wat ik me nog herinner van die tijd is heel veel papier. Ik zag al snel mogelijkheden om dingen efficiënter te doen. Alle correspondentie van een klant in één envelop bijvoorbeeld, dat was al een hele stap. Ik werd afdelingshoofd en groeide mee met de organisatie. De klant kwam steeds meer centraal te staan, we gingen digitaliseren en mede door de opkomst van het internet moesten we transparanter gaan werken. Ik begon met de eerste pr-activiteiten, totdat die geprofessionaliseerd werden in een aparte stafafdeling. Om nieuwe diensten te ontwikkelen, begonnen we met Business Development. Daarvoor hebben we inmiddels een team van drie collega’s.

Ongeveer negen jaar geleden zijn we volledig papierloos gaan werken. Toen we een paar jaar later naar een nieuw pand in Den Haag verhuisden, kwamen we nog 27 verhuisdozen vol oude documenten tegen. Daarin las ik hoe vier NLO’ers waren omgekomen bij een bombardement op het dichtbij NLO gelegen Kleykamp in Den Haag. Uitgevoerd op verzoek van het verzet door de RAF, want de Duitsers hadden dit gebouw gevorderd.


In boeken over deze gebeurtenis las ik over een zekere Jaap: die werkte in Kleykamp en smokkelde strategische informatie door naar de ‘bommencommissie’ van de Nederlandse overheid in Engeland. Zelf kwam hij ook om bij het bombardement. Ik wil graag bewijzen dat zijn dood niet voor niets is geweest. Ik heb inmiddels een heel archief opgebouwd over dit bombardement en onder meer de maquettes gevonden die de RAF destijds gebruikte in de voorbereiding ervan.

Toen ik onlangs voor een merkencongres in Seattle moest zijn, heb ik een familielid van Jaap in Canada opgezocht. Via hem kwam ik eindelijk aan een foto van Jaap. Wat rest is het document dat naar Engeland is gesmokkeld; het ultieme bewijs van zijn heldenrol. Daar blijf ik naar zoeken. Met verzamelen kan ik heel gedreven zijn. Zo was ik ook eens jarenlang op zoek naar één bijzondere persing voor mijn vinylcollectie.

Omdat het werk zo blijft veranderen, zie ik ook bij NLO nog steeds veel uitdagingen. E-mail bijvoorbeeld zal steeds minder belangrijk worden: een interessante ontwikkeling. Soms verbaas ik me weleens over het gebrek aan historisch besef bij collega’s. Over zo’n gebeurtenis in de oorlog, maar ook over hoe dingen veranderen. Nieuwe, jonge medewerkers vinden dingen hier nog wel eens ouderwets gaan. Maar volledig papierloos werken en geen hokjes, maar één grote kantoortuin: dat was in de jaren ’80 ondenkbaar.”

Maarten Ketelaars

‘Alle kennis en ervaring aanwenden onder telkens nieuwe omstandigheden’

Maarten Ketelaars is Partner en Nederlands en Europees octrooigemachtigde bij NLO in Ede.

Maarten Ketelaars

“Tijdens mijn studie elektrotechniek in Eindhoven maakte ik kennis met de Zweefvliegclub Eindhovense Studenten. Ik ging een week mee op kamp en was meteen verkocht. Dat je een derde dimensie erbij krijgt en uren kunt vliegen op alleen de thermiek: dat vind ik nog steeds waanzinnig!

Tweeëneenhalf jaar heb ik regelmatig gevlogen, daarna kreeg ik het te druk. Ik moest in militaire dienst, ging samenwonen, en startte mijn carrière uiteindelijk bij het Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR) in Amsterdam. Door de uitdagende projecten en het vele reizen heb ik daar een hele leerzame tijd gehad, maar na zeven jaar vond ik het tijd voor iets nieuws. Zonder dat ik er ooit interesse in had gehad, werd ik toch aangesproken door een advertentie van NLO. Technische diepgang, dat proberen uit te drukken in taal, en een juridisch kader dat steeds verandert. Dat bleek een hele mooie combinatie. Verder vind ik het bijzonder om als expert en vertrouwenspersoon te worden gezien: waardering door klanten is voor mij een belangrijke drijfveer.

Met de start van mijn carrière en een gezinsleven verdween het zweefvliegen verder naar de achtergrond. Tijd maken voor de familie was al een uitdaging. Het is wel altijd blijven kriebelen en nadat mijn dochter wat ouder was, werd ik lid van de Amsterdamsche Club voor Zweefvliegen in 2005. Op het moment dat de kans zich voordeed om een aandeel in een eigen toestel te kopen, hoefde ik niet lang na te denken…


Bij zweefvliegen moet je continu alert zijn. Je moet rekening houden met het weer, maar ook met andere luchtgebruikers en met wet- en regelgeving. Dat zorgt ervoor dat je aan niets anders kunt denken. Zweefvliegen is bovendien een echte clubsport: je hebt een team nodig om de lucht in te kunnen en na afloop vertellen we elkaar sterke verhalen. Naar de bioscoop gaan met het gezin is ook leuk, maar daar kunnen mijn gedachten alsnog afdwalen naar werk. Tijdens een dag vliegen niet, dat is voor mij de ultieme ontspanning.

Hoewel een eigen toestel veel vrijheid geeft erop uit te trekken, blijft het een uitdaging om tijd te vinden. Zeker als partner van het bedrijf, probeer ik ‘24/7’ aandacht te hebben voor de klanten en collega’s van NLO. Daarnaast besteed ik specifiek tijd aan de vestiging Ede, die dit jaar verbouwd wordt. En ik zit in verschillende commissies, zowel binnen als buiten NLO. Dat kan ik allemaal weer meenemen om in de behoeften van klanten te voorzien. Alles aanwenden wat je aan kennis en ervaring hebt, onder telkens weer nieuwe omstandigheden. Met zweefvliegen is dat niet anders.”

Top